gereformeerde kerk

groeien in geloof

Ontdek de geschiedenis van de Gereformeerde kerk in Bunschoten-Spakenburg

Historie

Momenteel telt de gemeente Bunschoten-Spakenburg zo’n 21.000 inwoners, die voor een groot gedeelte verdeeld zijn over ongeveer 13 kerken. In onze dorpen Bunschoten, Spakenburg, Eemdijk (en Zevenhuizen) kun je zo’n 20 kerkgebouwen en/of zalen aanwijzen waar ’s zondags diensten gehouden worden. Kortom: je mag ons dorp zeker wel kerks noemen, met de kanttekeningen dat dat vroeger nog veel sterker was en dat kerksheid niet altijd hetzelfde is als christen-zijn.

De vraag is: hoe is dat nu allemaal ontstaan en hoe is de Gereformeerde Kerk van Bunschoten-Spakenburg tot stand gekomen? Hoe is het Evangelie bij ons terecht gekomen?

Het begin
Als we terug gaan naar het jaar nul, woont er in onze omgeving letterlijk geen mens. ‘Ons darp’ is nog een onbegaanbaar veenmoeras, met struiken en her en der een boom. Alleen de zandruggen werden in de prehistorie zo nu en dan bezocht, vermoedelijk door jagers. Op bv. het St.Nicolaashoofd  =  hoogte, zijn vuurstenen gevonden. Maar tegen het jaar 100 zullen er al wel Christenen in Nederland zijn geweest. Het Evangelie verspreidde zich snel door het toenmalige Romeinse Rijk. De grens van dat Rijk is de Rijn. In oude Romeinse garnizoensplaatsen als Noviomagus (= Nijmegen) en Mosae Trajectum (= Maasoversteek = Maastricht) ontstonden al vroeg christelijke Kerken.
Ten Noorden van de Rijn blijft Europa dus heidens. De bewoners zijn - als alle Germanen - heidenen en geloven in Wodan, Donar en Freija (onze dagen zijn er nog naar vernoemd...).

Na de zendingsexplosie van de eerste eeuwen wordt het een paar eeuwen stil. Dan steken vooral Engelse zendelingen de zee en de Rijn over: Bonifatius en Willibrord. In de jaren tussen 700 en 900 wordt onze omgeving gekerstend (= ge-christend). Rond 700 ontstaat de grote moederkerk van onze regio in Utrecht: daar komt ook de bisschop te wonen. De weg richting Utrecht in ons dorp heet nog altijd de Bisschopsweg!

Een kerk in Bunschoten
Pas in de 12e eeuw (als het Flevomeer Zuiderzee geworden is) begint men onze plaatselijke wildernis te ontginnen. Eerst Duyst (bij Zevenhuizen) vanuit Amersfoort en later wat nu Bunschoten heet vanuit Utrecht. Bisschoppen en kloosters stimuleerden de ontginning in ruil voor belastingen (de ‘tienden’). Rond 1200 wordt er voor het eerst verwezen naar bebouwing in Bunschoten (nu Dorpsstraat en Veenestraat). Boeren ploeteren om het veenland tot bouwland en weidegrond te maken: men begint dijken aan te leggen.

Vanuit Utrecht worden steeds meer kerken gebouwd in onze omgeving. Onze moederkerk is die van Oud-Leusden, veruit de oudste kerk in onze regio (rond 800?). Via Soest (1100) en Eembrugge (1250?) komt er eindelijk een kerk in Bunschoten: de St-Catharinakerk (nu Hervormd). In 1294 lezen we voor het eerst de naam Bunschoten! Ergens rond 1350 krijgt Bunschoten zelfs stadsrechten van de bisschop, vooral om de hertog van Gelre dwars te zitten: optimistisch wordt de Stadsgracht gegraven. Maar het blijft een dorp: veel meer dan enkele honderden mensen zullen er niet gewoond hebben.
 
Na de zoveelste dijkdoorbraak en overstroming (1409) worden de Oost- en de Westdijk met elkaar verbonden door een Spuisluis: vissers kunnen niet meer naar Bunschoten varen en gaan zich vestigen rondom de sluis – het begin van Spakenburg. De kerk in Bunschoten is bijna 3 eeuwen lang een Rooms-katholieke parochie. In de 16e eeuw komt de weerstand tegen misstanden in de Kerk (corruptie, machtsmisbruik, heiligenverering, aflaatverkoop) tot een breekpunt: mensen willen de Kerk her-vormen of re-formeren aan de hand van de Bijbel.

In Bunschoten ontstaat ook een Doperse gemeente: een viertal gemeenteleden wordt onthoofd bij vervolgingen. In de 80-jarige oorlog kiest een groot deel van Nederland voor de Reformatie. In 1593 krijgt pastoor Jacob Mooij dringend bezoek van de Utrechtse staten: voortaan is hij dominee Mooij van de Gereformeerde Kerk te Bunschoten. Pas een kleine eeuw later kun je zeggen dat de Hervorming echt tot de Bunschoters doorgedrongen is. De katholieke St. Catharinakerk wordt ontdaan van altaar en beelden en heet voortaan de Gereformeerde Kerk te Bunschoten.

Afscheiding
Ruim drie eeuwen zal er in ons dorp één kerk zijn. (De doperse gemeente verdwijnt ergens in de 18e eeuw, hoewel de doperse mentaliteit in de bevolking blijft bestaan.) Rond 1750 zien we allerlei opwekkingsbewegingen in de omgeving met nadruk op persoonlijke bekering en heiliging van de leefstijl. Bovendien is de bevolking eigenzinnig en verzet zich tegen (opgelegde) vernieuwingen. Tenslotte is er nog altijd een doperse onderstroom in Spakenburg die zich verzet tegen de toen door boeren gedomineerde Kerk in Bunschoten.

Aan het begin van de 19e eeuw heeft Koning Willem I de aloude Gereformeerde Kerk tot staatskerk gemaakt, met als nieuwe naam de Nederlands Hervormde Kerk. Ook in ons dorp leidt dat tot verzet. Als later ook nog de toenmalige Hervormde Kerk vrijzinniger wordt (kritiek op de bijbel / Jezus meer voorbeeld dan Verlosser), maken vooral in Spakenburg mensen zich los van de ‘grote’ Kerk: de Afscheiding (1834). De Afgescheiden of Christelijke Gereformeerde Gemeente groeit als kool: men heeft een gebouw aan de Kerkstraat (later een school) en men bouwt in 1878 de Christelijke Gereformeerde Kerk (nu Noorderkerk). Er wordt ook een eigen school gesticht. Rond 1870 zijn zo’n 800 inwoners van ons dorp Afgescheiden en zo’n 500 nog Hervormd.

Doleantie
Het verzet tegen de groeiende vrijzinnigheid in de Hervormde Kerk blijft overigens ook in de Dorpskerk groot: in 1887 maakt onder leiding van ds. Van Goor de complete Hervormde kerkeraad met 90% van de gemeente zich los van het gezag van de Hervormde synode: de Doleantie (dolere = klagen over de toestand van de Kerk). Jarenlang wordt een rechtzaak gevoerd om het behoud van de oude kerk, die men uiteindelijk verliest. Dan bouwt men maar een eigen nieuwe kerk (Kostverloren, 1891) en in 1914 de veel grotere Zuiderkerk. De Hervormde Gemeente telt nog geen 100 leden meer en zal tot aan de Tweede Wereldoorlog een slapend bestaan lijden.

Uiteraard ligt het voor de hand dat de beide gemeenten die zijn ontstaan in Spakenburg en Bunschoten nu gaan zoeken naar samenwerking, maar dat proces zal in ons dorp niet bepaald vlot verlopen en eigenlijk zelfs eenvoudig mislukken. 

Gereformeerde Kerk
In 1892 gaan de afgescheiden Christelijke Gereformeerde Kerk en de (dolerende) Nederduits Gereformeerde Kerk samen en vormen landelijk de Gereformeerde Kerken. In ons dorp voelt men niet veel voor die Vereniging. Hier zal de oude tegenstelling: Spakenburg / Bunschoten, vissers / boeren toch ook wel een rol in spelen. Er zijn ook accentverschillen in het spreken over de kinderdoop: leg je het hoofdaccent daarop dat kinderen gedoopt moeten worden op grond van Gods beloften OF benadruk je dat je de doop toe-geëigend moet worden in persoonlijk geloof en bekering (overigens twee kanten van dezelfde medaille!). Men gaat spreken over Gereformeerde Kerk A (voortaan Noorderkerk) en B (Zuiderkerk).

Hoewel men dus plaatselijk helemaal niet bij elkaar komt, is ong. 10% van de mensen zo boos over de Vereniging dat ze in 1895 de oude Christelijke Gereformeerde Kerk ‘opnieuw’ oprichten. Vanaf deze tijd is ons dorp vrijwel volledig Gereformeerd, in drie kleuren. Uiteindelijk komen in 1931 A en B onder hevig protest eindelijk bij elkaar, maar de liefde is wankel. Ruim 10 jaar later zal in de Vrijmaking – een conflict over de doop en over synodegezag – de gemeente weer doormidden scheuren, grotendeels langs dezelfde lijnen als A en B. Tweederde van de nog maar jonge Gereformeerde Kerk te Bunschoten-Spakenburg heet voortaan vrijgemaakt Gereformeerd (bezwaard) en eenderde synodaal Gereformeerd. Daarmee is ook een zekere eenheid binnen de dorpssamenleving gebroken langs kerkelijke lijnen. De scheuring zal onze dorpssamenleving ruim een halve eeuw zeer zwaar beïnvloeden en gaat dwars door talrijke families heen. Onze kerken hebben hier veel schade van ondervonden.

En verder?
Onze Gereformeerde Kerk te Bunschoten-Spakenburg ontwikkelt zich verder rondom de oude Zuiderkerk. In Spakenburg wordt een houten kerk neergezet, die – tekend voor de sfeer! – de Nieuwe Noorderkerk wordt genoemd. Met de groei van ons dorp begint ook onze gemeente aan een gestadige groei die eigenlijk tot de dag van vandaag doorzet. In 1967 wordt in Spakenburg een nieuwe kerk gebouwd: de Adventkerk. Het aantal predikantsplaatsen wordt na de oorlog al gauw uitgebreid tot twee en rond 1970 tot drie. Momenteel is de bezetting: drie en een halve predikantsplaats met een kerkelijk werker.

De grote Vrijgemaakt Gereformeerde Kerk wordt in de loop der jaren gesplitst in vier kerken met ieder een eigen kerkgebouw: Spakenburg-Noord (Noorderkerk), Spakenburg-Zuid (Maranathakerk), Bunschoten-Oost (Petrakerk) en Bunschoten-West (Immanuelkerk). Er zijn elf predikanten!
Overigens leiden spanningen in de Vrijgemaakt Gereformeerde Kerk tot een nieuwe breuk in 1969, waaruit de Nederlands Gereformeerde Kerk (Westerkerk) ontstaat.

Na de oorlog kent ook de Christelijke Gereformeerde Kerk een sterke groei: men heeft nu twee kerkgebouwen, nl. De Bron en De Fontein. Uit behoudende Chr. Gereformeerde kring ontstaat dan weer de Oud Gereformeerde Gemeente, die de Eben-Haezerkerk bouwt.

De plaatselijke Hervormde Gemeente komt na de oorlog weer tot bloei: men kiest voor de richting van de Gereformeerde Bond en begint – ook door overloop en import na 1970 – weer te groeien.

… en dan zijn er nog een stuk of drie Evangelische Gemeenten… en een Oud Gereformeerd-achtige huisgemeente … en een kleine Rooms-Katholieke (wijk)parochie … en dan kun je ook nog naar Eemdijk, met drie kerken! Het zal wel duidelijk zijn dat het zwakke punt van Gereformeerden het bewaren van de eenheid is. We zijn slecht in het scheiden van hoofd- en bijzaken en zijn soms geneigd kerkbesef te verwarren met clubgevoel.

En nu?
Gelukkig is in de 21e eeuw de onderlinge verhouding tussen de kerken sterk verbeterd. Oud zeer schuift naar de achtergrond, maar we worden ook wat wijzer: in een steeds onkerkelijker samenleving zullen we moeten gaan kijken naar wat ons bindt en niet naar wat ons scheidt. En hoewel alle kerken ter plaatse een eigen identiteit hebben, zijn we letterlijk en figuurlijk toch sterk aan elkaar verwant! Uiteindelijk hebben we dezelfde Bijbel en dezelfde Gereformeerde belijdenis. Bovendien hebben veel mensen familie in allerlei kerken en gaan we tegenwoordig makkelijker bij elkaar buurten.

Met de Nederlands Gereformeerde Kerk heeft onze gemeente redelijk wat samenwerking en bv. gezamenlijke avondmaalsdiensten in het Zorgcentrum De Haven. Sinds 2010 groeit er ook steeds meer contact en gesprek met de Vrijgemaakt Gereformeerde Kerken. En sinds 2004 maakt onze gemeente – samen met de Hervormde Gemeente – deel uit van de Protestantse Kerk in Nederland. We komen elkaar tegen in de Classis (= regionale kerkvergadering) Amersfoort. We hopen elkaar steeds meer in Christus te herkennen en te vinden. Één kerk hoeft het niet per se te worden – al zou dat mooi zijn!  Maar het gezamenlijke geloof kan meer in ons dorp als bindende kracht uitgedragen worden/

Wat feiten
De Gereformeerde Kerk te Bunschoten-Spakenburg beschikt over 2 kerkgebouwen:
  • De Zuiderkerk, Kostverloren 2, 3752 DC, Bunschoten-Spakenburg. De Zuiderkerk is gebouwd in 1913 en heeft in 1996 een grote renovatie ondergaan. De Zuiderkerk heeft ongeveer 800 zitplaatsen.
  • Het gebouw Kostverloren, gebouwd in 1890 als eerste kerk na de Doleantie, is in gebruik als verenigingsgebouw van de kerk.
  • De Adventkerk, Heemstedesingel 1, 3752 BA, Bunschoten-Spakenburg. De Adventkerk is gebouwd in 1967 en heeft ongeveer 600 zitplaatsen. De bijgebouwen zijn grondig gerenoveerd in 2004.
Sinds 1974 is de Gereformeerde Kerk van Bunschoten-Spakenburg verdeeld in een drietal wijken met ieder een eigen wijkpredikant en wijkraad. De wijkpredikanten worden ondersteunt door verschillende kerkelijk werkers.
Deze drie wijken dragen de namen:
  • Broerswetering (BR),
  • Bikkersvaart (BI)
  • Blokhuiswetering (BL).
Ze omvatten respectievelijk het noorden, het midden en het zuiden van de gemeente.